Nederlandse Modelbouw en Luchtvaartsite

Dutch Modelling and Aviation

In Memoriam

Klaas Willem Jonker
(Wilko)
† 30 april 2018

Op maandag 30 april 2018 is Wilko Jonker na een lang ziekbed overleden op de leeftijd van 58 jaar. Hij laat een vrouw en twee kinderen achter. De Nederlandse militaire lichtvaart en plastic modelbouw waren zijn hobby en op deze website heeft hij alle kennis die hij in de vele jaren daarover heeft verzameld gedeeld. Zijn hobby heeft hem tot in de laatste week van zijn leven af kunnen leiden van de voortwoekerende ziekte in zijn lijf. De contacten met andere hobbyisten waren een belangrijkste steun voor hem.

Deze website zal door verschillende mensen zo lang mogelijk in stand worden gehouden, zodat andere liefhebbers kunnen blijven profiteren van uitgebreide inhoud.

Douglas DC-3/C-47 Dakota

Gebruik bij KLu; MLD; ML-KNIL en bij 1316 Flight RAF

Gebruik bij KLu.

Pas in 1952 ontving de Luchtmacht haar eerste Dakota’s.

Wel is na de oorlog één toestel enige tijd bij de TransVA ingedeeld geweest. Het is niet duidelijk welk toestel dit geweest is en welke Luchtmacht-registratie deze heeft gevoerd. C. van den heuvel meldt in zijn boekje over Luchtmacht-registraties dat het de NL-205 van 1316 Flight is geweest, die X-1 als registratie heeft gekregen (hoewel volgens C. van den Heuvel het alfabet-systeem voor de registratie pas in 1947 in gebruik werd genomen). Dit toestel werd al medio januari 1946 door een ongeval bij Katwijk afgeschreven..

In september 1948 werd voor enige tijd een DC-3 , de PH-TBV van de KLM gehuurd. Het blank metalen toestel werd voorzien van de registratie X-2, maar voerde op de verticale staart nog wel de burgerregistratie.

In 1950 en 1951 werden ook nog andere toestellen van de KLM gehuurd, maar deze hielden hun burgerregistratie en kregen geen Luchtmacht-registratie toegewezen.

De TransVa was in 1948 omgedoopt tot 334 squadron en ontving pas in 1952 haar eigen Dakota’s.

De X-1 werd in februari 1952 in dienst genomen en is een toestel waarover geen duidelijkheid is, daar het fabrieksplaatje ontbrak. Over deze kist doen dan ook allerlei geruchten de ronde. De vliegtuigpapieren melden dat het toestel was gevonden. C. van den Heuvel meldt in zijn boekje over Luchtmacht-registraties dat het mogelijk het toestel is dat door vluchtelingen is gebruikt en zonder kentekens op Valkenburg landde.

De X-1 verongelukte tijdens de start in februari 1953 tijdens de reddingsacties voor de watersnoodramp.

N83 01 46

Douglas C-47 Dakota, (ex-Deense Luchtmacht) als ZU-5 geefotografeerd in 1983 bij het Militaire Luchtvaart Museum te Soesterberg.

In augustus 1952 werden nog vier toestellen in gebruik genomen, afkomstig van de Belgische Luchtmacht, deze kregen registraties X-2 tot en met X-5.

In de zomer van 1952 arriveerden nog een aantal Dakota’s, die in kader van MDAP van de VS te leen waren, deze kregen de registraties X-5 tot en met X-17. Deze moesten eerst nog gereviseerd worden en werden na de revisie in dienst genomen met squadron-codes ZU.

In maart 1953 werd de toen nog afdeling Luchtstrijdkrachten een onafhankelijk defensie-onderdeel, de Koninklijke Luchtmacht.

In 1960 werden de Dakota’s X-4, X-5 X-11 en X-13 naar Biak op Nederlands Nieuw-Guinea overgevlogen en ter beschikking gesteld aan de MLD, die ze in gebruik nam als 018, 019, 078 en 079.

Tussen 1960 en 1961 werden de X-6 tot en met X-9, X-12, X-14 tot en met X-17 aan de Amerikanen teruggegeven.

De X-2, X-3 en X-10 werden naar Mokmer op Nieuw-Guinea overgebracht in verband met de daar opgelopen spanningen. Ze werden daar ingedeeld bij het nieuw opgerichte 336 squadron.

In 1962 werden nog twee toestellen aangeschaft ter vervanging van verloren gegane toestellen. Deze DC-3C’s kregen de registratie X-18 en X-19 en waren van de rest te onderscheiden door het ontbreken van de grote vrachtdeur in de romp.

In november 1962 werden alle toestellen verkocht aan Jones & Guerro te Manilla.

Gebruik bij MLD.

Kort na beëindiging van d tweede wereldoorlog werden op een dump in manilla vijftien Dakota’s gekocht, die in Australië eerst groot onderhoud kregen. Ze werden voorzien van vlaggen en registratie Q-1 tot en met Q-15

Op 22 december 1945 vertrokken de Q-1, Q-2 en Q-3 naar Australië. De Q-1 ging echter bij een tussenlanding op Biak verloren. De rest van de toestellen werd in januari en februari overgevlogen.

Na het groot onderhoud werden de toestellen overgevlogen naar Indië en ingedeeld bij 321 squadron.

De registraties werden toen gewijzigd in W-2 tot en met W-15. Ter vervanging van de Q-1 werd een nieuw toestel aangeschaft, dat als W-16 in gebruik werd genomen. Aanvankelijk was de registratie letter W als zodanig aangebracht, maar al snel werd dit aangepast en aangebracht als 23.

De toestellen werden ingezet voor een uiteenlopend scala aan transporttaken, onder andere aanvoer van voorraden, repatriëring van ex-krijgsgevangenen, maar ook patrouilles.

De W-12 ging op 26 maart 1947 verloren door een noodlanding in de bush van Australië. Na de soevereiniteitsoverdracht in december 1949 werden de Dakota’s’ overgedragen aan de AURI (Angatan Udara Republik Indonesia).

Eind 1959, begin 1960 werden vier ex KLu Dakota’s aangeschaft ter vervanging van de versneld uitgefaseerde Martin Mariners. Dit in afwachting van de bestelde Lockheed Neptunes

In februari arriveerden de eerste twee toestellen met registraties 018 en 019 op Biak, in mei gevolgd door de andere twee, met registraties 078 en 079.

De toestellen werden gebruikt voor transport- en patrouillevluchten boven Nederlands Nieuw-Guinea. Op 1 januari 1961 verongelukte de 079 tijdens een nachtelijke oefening met fakkels.

Op 12 oktober 1961 waren voldoende Neptunes voorhanden en werden de Dakota’s weer overgedragen aan de KLu. De toestellen werden (met hun oorspronkelijke registraties) door de Klu ingedeeld bij 336 squadron dat op Biak werd gestationeerd.

Gebruik bij ML-KNIL.

 

Gebruik bij 1316 Flight RAF.

DC-3 van de KLM

Fokker verwierf in 1933 de licentierechten voor de DC-2 en later ook van de DC-3.

Fokker verkocht uiteindelijk 39 DC-2’s en 65 DC-3’s in Europa en heeft geen enkel exemplaar gebouwd.

Hiervan waren 18 DC-2’s en 25 DC-3’s bestemd voor de KLM.
De KLM-DC-3 was uitgerust met Wright Cyclone stermotoren. Had een landingslicht in de neus en de passagiersdeur zat aan de rechterzijde van het toestel en een vrachtluik aan de linkerkant van het toestel.

De eerste arriveerde in oktober 1936, de PH-ALI “Ibis” . Als gauw traden wat problemen met de motoren aan het licht en augustus 1938 kwam een nieuw, verbeterd motortype, de Cyclone G-105, die krachtiger was.

In de loop van 1939 werden de Europese vluchten steeds meer ingeperkt. In de loop van 1940 werd dit steeds meer ingeperkt.
Met de inval in Nederland in mei 1940 kwam er een (voorlopig) einde aan de KLM activiteiten.

Bij het uitbreken van de oorlog waren van de oorspronkelijk 25 machines nog 21 stuks over.

Door de bombardementen in Nederland werden de PH-ALU, ARX, ASP, AST vernield. De PH-ALH, -ALV, ASK, - ASM en ASR werden door de Duitsers gevorderd en ingezet door de Luftwaffe en Lufthansa.

De PH-ALI ontkwam naar Engeland en werd ingezet als G-AGBB voor de BOAC; PH-ALR idem als G-AGBC; PH-ARB idem als G-AGBD; PH-ARW als G-AGBU; PH-ARZ als G-AGBE. De toestellen bleven wel eigendom van de KLM en werden ook gevlogen door KLM-personeel.
Begin 1944 werden drie Douglas C-47s geleverd, G-AGJR; G-AGJS en G-AGJT. Deze verschilden ten opzichte van de oudere KLM-machines door de motoren en door een astrodome .

1316 Flight.

Gedurende de tweede wereld oorlog werd de Metropolitan Communications Squadron opgericht.
De B-flight van dit transport squadron bestond uit veel Nederlands en ook wat Belgisch personeel en werd in juli 1944 een zelfstandige transporteenheid, no 1316 (Dutch) Communications Flight RAF.
Aanvankelijk was deze eenheid uitgerust met onder andere een viertal DeHavilland DH-89B Dominies, een Lockheed 12A en een Percival Proctor III, een Lockheed Hudson.

In november 1944 worden twee Dakota’s aan de inventaris toegevoegd, die worden gebruikt voor vervoer van onder andere levens middelen naar het inmiddels bevrijde Zuid-Nederland.
In juni 1945 worden een aantal KLM-Dakota’s en een DC-2 gecharterd en ingezet voor militaire luchttransporten.
De nood in Zuid-Nederland bleek echter mee te vallen. Het is dan ook niet duidelijk of de toestellen ook daadwerkelijk zijn ingezet.
[De tekening geeft weer hoe zo’n KLM-toestel er uit kan hebben gezien].

In april 1945 werden zes Dakota’s ter beschikking gesteld in ingedeeld bij 1316 Flight, die toen opereerde vanaf Croydon.

In de winter van 1945/1946 werd de flight opgeheven en het materieel ging over naar de KLM.