Historie
In 1935 bracht de General Aviation-fabriek, de voorloper van North American, een tweetal ontwerpen uit. Eén ervan was de GA-16, een tweezits laagdekker, met vastonderstel, een toen nog gebruikelijk, romp van linnen en een Wright Whirlwind R-975 stermotor van 400 pk.
Het toestel bleek goed aan te sluiten bij de eisen die de USAAC stelde voor een nieuw trainingstoestel.
Omdat de naam van het bedrijf in middels was veranderd in North American Aviation, was de aanduiding van het toestel gewijzigd in NA-16.
De USAAC bestelde 42 toestellen, die onder de USAAC aanduiding BT-9 (Basic Trainer) in dienst werden genomen. De fabrieksaanduiding voor het prototype van de BT-9 was NA-18, de productiemachines kregen modelnummer NA-19.
Kort daarop werd een vervolgserie van 40 stuks met de aanduiding BT-9A, fabrieksaanduiding NA-19A, besteld, die kon worden uitgerust met camera’s en mitrailleurs.
In 1937 volgde nog een bestelling van 117 BT-9B’s, model NA-23, die slechts kleine wijzigingen had ondergaan. Kort daarna volgde nog een opdracht voor 76 BT-9C, model NA-29, een verbeterde BT-9A
De US Navy had inmiddels ook interesse gekregen en deed een bestelling voor 40 toestellen van het zelfde type als de BT-9B, onder de aanduiding NJ-1. Deze waren uitgerust met een Pratt & Whitney R-1340-41 Wasp van 600 pk, een binnen de Navy veel gebruikt motortype.
Mede gebaseerd op de ervaring met de NJ-1, werd voor de BT-9D gekozen voor de Pratt & Whitney R-985-2 Wasp Junior van 450 pk gekozen.
De romp was nu zo’n 36 centimeter langer dan de BT-9C en nu geheel van aluminium. Verder was het verticale staartstuk aangepast en het richtingsroer meer rechter van vorm.
De koeling was verlengd en de uitlaat werd verplaatst. Ten slotte werden de ronde vleugeluiteinden aangepast en afgeplat en breder gemaakt. De spanwijdte nam af tot 12,50 meter.
Na presentatie aan de USAAC, werd een bestelling geplaatst voor 251 toestellen onder de aanduiding BT-14.
Frankrijk bestelde 230 aangepaste BT-9B’s (NA-57), deze hadden een Wright R975-E3 van 420 pk. Er werden er 214 van geleverd. Ook was een bestelling geplaatst voor 230 BT-14’s aangeduid als NA-64. Hiervan werden 111 toestellen nog geleverd ten gevolge van de Franse overgave.
De niet geleverde toestellen, zowel de BT-9’s als de BT-14’s werden overgedragen aan Canada, die beide typen als Yale Mk I in gebruik nam.
De BC-1 werd ontwikkeld uit de BT-9. Het toestel was voorzien van een intrekbaar landingsgestel en .30 inch mitrailleurs. Het toestel was bedoeld als wapentrainer.
Verschillen ten opzichte van de BT-9 waren verder nog de verlenging van de centersectie van de vleugelwortel met één voet; herziene vleugelpanelen, gereviseerde canopy. De bewapening bestond uit één .30 mitrailleur aan de stuurboord kant van de cowling en één een beweegbare opstelling in de achterste cockpit.
De motor was een Pratt & Whitney R-1340-47 Wasp van 550 pk. Er werden er 180 stuks van besteld door de USAAC.
De US Navy nam ook een aantal toestellen in gebruik onder de aanduiding SNJ-1 (NA-26). De RAF nam ook een aantallen toestellen aan onder de aanduiding Harvard I.
North American NA-16-varianten.
Hiervan werden er in de VS bijna 2400 van gebouwd, daarnaast nog ruim 4000 stuks in licentieproductie.
De door North American toegepaste aanduidingen zijn erg verwarrend, voor de verschillende producties werden verschillende aanduidingen toegepast. Hieronder een overzicht van varianten van de NA-16.
De vet en onderstreept weergeven omschrijvingen zijn de type-aanduidingen, tussen haakjes staan de zogenaamde charge nummers. [de productienummers van North American]
- NA-16-1A (NA-32):
- Eén toestel ten behoeve van Australië; Gebouwd in 1938 en voorzien van vast landingsgestel en een Pratt & Whitney R-1340 van 550pk.
- NA-16-1E (NA-49):
- Productie van 400 stuks ten behoeve van de RAF als Harvard I. Dit toestel was identiek aan de BC-1. Een vervolgserie van 30 stuks kreeg aanduiding NA-61.
- NA-16-1GV (NA-45):
- Een levering van drie BC-1-varianten aan Venezuela in 1938.
- NA-16-2A (NA-42):
- Dit betrof de levering van twee BT-9’s in 1938 aan Honduras.
- NA-16-2H (NA-20):
- Een levering van één civiele BT-9 (was NC16025) aan Honduras.
- NA-16-2H (NA-27):
- Eén BC-1 met vast landingsgestel, werd in 1937 aan Nederland geleverd. Was een civiel toestel in de VS geregistreerd als R17377.
- NA-16-2K (NA-33):
- Eén BC-1 uit 1938 met een intrekbaar landingsgestel ten behoeve van Australië. Dit toestel werd als basis gebruikt voor de ontwikkeling van de Wirraway.
- NA-16-3 (NA-71):
- Drie bewapende exemplaren in 1940 naar Venezuela.
- NA-16-3C (NA-48):
- Levering van 15 BC-1’s in 1938 aan China.
- NA-16-4 (NA-41):
- Levering van 35 BT-9C’s aan China in 1938.
- NA-16-4 (NA-46):
- Betreft 12 BT-9C’s voor Brazilië in 1939.
- NA-16-4 (NA-56):
- Gaat om 50 toestellen BC-1 met vast landingsgestel voor China in 1940.
- NA-16-4M (NA-31, NA-38):
- Twee stuks BT-9B in 1937 voor Zweden.
- NA-16-4P (NA-34):
- 30 BT-9’s geleverd in 1937 aan Argentinië
- NA-16-4R (NA-37):
- Levering van 1 BT-9 aan Japan in 1937.
- NA-16-4RW (NA-47):
- Levering van één BT-9 aan Japan in 1938
Afmetingen: | |||
Lengte: | 8,41 m | Spanwijdte: | 12,8 m |
Hoogte: | - m | Vleugeloppervlak: | m2 |
Gewichten: | |||
Leeggewicht: | 1399 kg | Max. startgewicht: | - kg |
Prestaties: | |||
Max. snelheid: | 274 km/u | Stijgsnelheid: | - m/min |
Kruissnelheid: | - km/u | ||
Vliegbereik: | 1127 km | Plafond: | - m |
Overig: | |||
Motortype: | Eén Wright Whirlwind R-975-53 van 400 pk | ||
Bemanning: | Twee man: één instructeur plus één leerling | ||
Bewapening: | Geen |