Historie

De Beaver is in de tweede helft van jaren veertig ontwikkeld als opvolger van de Noorduyn Norseman, die toen gebruikt werd als zogenaamde ‘bush–plane”, een manusje-van-alles.
Het toestel kon worden uitgerust met ski’s, drijvers of wielonderstel en bleek een niet echt snel toestel te zijn.
Het gehele ontwerp was gericht op robuust en praktisch gebruik onder primitieve omstandigheden, zo waren er relatief grote deuren aan beide zijden van de romp aangebracht.
Aanvankelijk was een Britse motor als krachtbron met een vrij laag vermogen gedacht, reden om het vleugeloppervlak te vergroten, maar Pratt & Whitney Canada bood surplus Wasp Juniors aan met een vermogen van 450 pk. De grotere vleugel bleef behouden, wat weer een positieve bijdrage leverde voor de STOL-eigenschappen, die onovertroffen bleken voor een vliegtuig van dat formaat.

In augustus 1947 maakte het prototype de eerste vlucht.
In 1948 was de US Army op zoek naar een licht utility-toestel en gaf opdracht voor zes toestellen om deze te evalueren.
Ze kregen te typeaanduiding YL-20 en de machines werden flink aan de tand gevoeld.
Deze uitgebreide tests werden goed doorstaan en in 1951 werd een vervolgopdracht gegeven
In 1967 eindigde de productie met ruim 1600 geproduceerde toestellen.
De US Army Air Corps had er een paar honderd in gebruik en ook de US Air Force Auxilary heeft er nog een aantal in deinst gehad voor SAR-doeleinden.
Het toestel wordt gebruikt voor passagiersvervoer en lichte transportopdrachten.

Momenteel is vooral de onderdelen voorziening voor de Pratt & Whitney motor het grootste probleem, reden dat er vervangende motoren worden uitgebracht, bijvoorbeeld een turboprop.

Varianten

Beaver I:
het originele STOL toestel.
  • Beaver AL Mk 1: een versie gebouwd voor het Britse leger.
  • Beaver YL-20: Test- en evaluatie-versie voor het Amerikaanse leger.
  • L-20A Beaver: Aan de US Army geleverde versie, waarvan er 968 stuks werden gebouwd. Later, in 1962, werd de typeaanduiding gewijzigd in U-6A.
  • L-20B Beaver: In principe gelijk aan de L-20A, met kleine wijzigingen in de uitrusting, zes stuks gebouwd voor de US Army. werd U-6B in 1962.
Beaver II:
Een toestel, uitgerust met een Alvis Leonides stermotor.
Turbo-Beaver III:
Een versie voorzien van een 431 kW Pratt & Whitney PT6A-6 of -20 turboprop.
DHC-2/PZL-3S:
in 1980 een uitgebrachte conversie van Airtech Canada met een PZL-3S ster motor van 600 pk.

Er is sprake van dat de Beaver opnieuw in productie wordt genomen, gezien de vraag naar dit soort robuuste toestellen.

 

Technische gegevens
Afmetingen:
Lengte: 9,22 m Spanwijdte: 14,63 m
Hoogte: 2,74 m Vleugeloppervlak: 23,2 m2
Gewichten:
Leeggewicht: 1360 kg Max. startgewicht: 2310 kg
Prestaties:
Max. snelheid: 255 km/u Stijgsnelheid: - m/min
Vliegbereik: 732 km Plafond: 5500 m
Overig:
Motortype: Eén Pratt 7 Whitney R-985 An-6B Wasp Junior van 420 pk
Bemanning: Eén vlieger
Bewapening: Geen