Na afloop van de tweede wereldoorlog kwam het voormalige Nederlands-Indië onder (tijdelijk) Brits bestuur.
Pas in december 1945 zetten de eerste Nederlandse troepen officieel voet op Nederlands-Indische bodem.
In de loop van het jaar ontstond behoefte aan een liaison en ook aan ondersteuning van het KNIL en werd het 17 squadron opgericht.
Voor die tijd werden een viertal van de RAF overgenomen Japanse tweedekkers gebruikt voor het uitvoeren van verkenningen.
De eerste drie Piper Cubs werden al in september 1945 aangeschaft door kapitein-vlieger-waarnemer Schoof voor gebruik als sportvliegtuig door bevrijde KNIL-militairen die in een kampement bij Manilla op de Filipijnen verbleven. De toestellen waren surplus verklaarde nieuwe toestellen afkomstig van een dump. De toestellen hielden hun Amerikaanse kentekens.
Begin november 1945 werden de toestel plus nog een vierde toestel verscheept naar Balikpapan op Borneo met de bedoeling om verder doorgestuurd te worden naar Tjililitan op Java, om daar het 1e bataljon Infanterie van het KNIL te ondersteunen. De Engelsen wilden echter nog geen toestemming verlenen voor het overbrengen van het materieel naar West-Java.
Eind november werden vier Japanse tweedekkers overgenomen van de RAF voor het uitvoeren van verkenningen.
De Pipers bleven dus nog in opslag. In december 1945 werden de bataljons Infanterie II en IV en een bataljon mariniers in Batavia gedebarkeerd. De vier Pipers werden voor ondersteuning van deze groep bestemd.
Begin maart 1946 arriveerde de brigade om Bali en Lombok te bezetten. Deze nam twee, tijdelijk geregistreerd als PC-3 en PC-4 van de vier Pipers over, die eind augustus 1946 werden opgenomen in het detachement van 17 VARWA squadron. De andere twee toestellen, tijdelijk geregistreerd als PC-1 en PC-2 werden doorgestuurd naar Batavia om daar de op Tjililitan gestationeerde Japanse toestellen te vervangen. Deze toestellen kwamen daar in februari 1946 in gebruik bij de Basis Operaties en eind augustus in de A-patrouille van 17 VARWA squadron.
Op 20 juli 1946 werd de officiële registratie van de toestellen PC0-1 tot en met PC0-4, volgens het (vooroorlogse) registratiesysteem van het ML-KNIL. PC betekende Piper Cub en 0 stond voor lesvliegtuig onbewapend.
Op 16 augustus werd deze alweer gewijzigd in PC0-001 tot en met PC0-004 en eind augustus weer in PC4-001 tot en met PC4-004, waarbij 4 stond voor legerhulpvliegtuig (army co-operation).
In mei 1946 schafte de BPM een vijftal Piper Cubs aan, maar had aanvankelijk geen vliegers en onderhoudsmonteurs. De toestellen werden daarom van eind juli 1946 tot eind december in bruikleen gegeven aan de ML.
Piper L-4 Cub, PH-UCS, als R345, gefotografeerd op Static Show tijdens Open Dag Luchtmacht, juli 1994 op vliegbasis Leeuwarden.
Deze toestellen PK-SAA tot en met PK-SAE kregen geen ML-registratie, maar alleen de laatste letter van de civiele registratie (klein) op het puntje van de staart. Vier toestellen gingen naar de A-patrouille en de vijfde ging naar het detachement op Andir
De vier toestellen op Tjililitan gingen in september 1946 over naar de VOS (Voor-opleidingsschool), Deze verzorgde vanaf 26 september 1946 de selectie van leerlingvliegers voor ML-KNIL.
op 31 december werd een nieuwe bruikleenovereenkomst voor een jaar gesloten. In april 1947 werd overeengekomen dat de ML de toestellen aan het eind van de bruikleenperiode zou overnemen en daarvoor vijf nieuwe toestellen aan de BPM zou leveren,.
In juli 1947 kregen de vijf BPM-toestellen de registraties R-329 tot en met R-333.
In juni 1946 werden op Leyte, Filipijnen 24 zo goed als nieuwe toestellen overgenomen van de VS, inclusief 30 radio's, en initiële voorraad onderdelen. Deze arriveerden op 24 augustus in Soerabaja, waar vier toestellen werden uitgeladen, de resterende toestellen werden doorgestuurd naar Batavia.
In april 1947 werden nog een 46 toestellen van de VS overgenomen, waaronder vijf toestellen voor de BPM. Deze kwamen op 7 juni 1947 aan in Batavia. De meeste toestellen werden overgebracht naar Tjililitan om te worden opgebouwd en ingevlogen. De toestellen werden geregistreerd als R-335 tot en met R-380