In gebruik bij de LVA en ML-KNIL
Gebruik bij LuchtVaart-Afdeling
In totaal werden tien toestellen van dit type geïnterneerd. Eind 1918 werd door Plesman verzocht om een aparte DH.9 eenheid binnen de LVA te vormen, dit werd toegestaan.
Alle toestellen, op één na werden in maart 1920 teruggegeven aan de Britten. De toestellen werden niet meer teruggevlogen naar Engeland, maar op Schiphol vernietigd. Het overgebleven toestel, H433 werd wel gekocht en werd enige tijd op Soesterberg gebruikt als trainer voor de KNIL-piloten.

[Ingesloten foto van BeeldBank NIMH. Klik op de foto voor bestel-informatie]

[Ingesloten foto van BeeldBank NIMH. Klik op de foto voor bestel-informatie]

[Ingesloten foto van BeeldBank NIMH. Klik op de foto voor bestel-informatie]

[Ingesloten foto van BeeldBank NIMH. Klik op de foto voor bestel-informatie]

[Ingesloten foto van BeeldBank NIMH. Klik op de foto voor bestel-informatie]

[Ingesloten foto van BeeldBank NIMH. Klik op de foto voor bestel-informatie]

[Ingesloten foto van BeeldBank NIMH. Klik op de foto voor bestel-informatie]

[Ingesloten foto van BeeldBank NIMH. Klik op de foto voor bestel-informatie]
Gebruik bij ML-KNIL
In mei 1919 werd een order geplaatst voor DH.9’s voor de Ml-KNIL, er werden er tien nieuw gebouwd door DeHavilland. De rest werd in Nederland geassembleerd.
De eerste twaalf toestellen werden in 1919 afgeleverd, gevolg door 14 stuks in 1921 en 10 in 1922.
De toestellen waren allemaal in de standaard RFC-beschildering, met de Nederlandse registratie en kentekens op de romp en vleugels aangebracht.
In de loop der tijd werden enkele toestellen aangepast voor speciale doeleinden, onder andere vier stuks als ambulance, aangeduid met bijvoorbeeld H-115A, fotoverkenning, onder andere H-120F, H124F en H130F.
Tevens werden nog in Indië een aantal toestellen gebouwd in eigen beheer. Deze waren voorzien van een triplex romp en werden voorzien van HL-registraties.
Deze eigenbouw was verder voorzien van een platte radiator aan de voorzijde, een volledig ingebouwde motor, nieuwe gebalanceerde ailerons en een vergrote staartvin en roeren. Het prototype HL-137, vloog voor het eerst in 1925.
In 1934 werden de resterende machines voorzien van nieuwe motoren, een Wright Whirlwind van 465 pk, deze toestellen kregen de registratie HW en werden tot in 1937 gebruikt als trainers.

Deze toestellen werden in 1919 aangeschaft en bleven tot 1934 uitgerust met Siddeley Puma motor van 230 pk.
Nadien hebben ze nog enige jaren gevlogen met een 325 pk Pratt en Withney Wasp motor, Kalidjati, (1919-....) 1920
[Ingesloten foto van BeeldBank NIMH. Klik op de foto voor bestel-informatie]

[Ingesloten foto van BeeldBank NIMH. Klik op de foto voor bestel-informatie]

[Ingesloten foto van BeeldBank NIMH. Klik op de foto voor bestel-informatie]

Deze toestellen werden in 1919 aangeschaft en bleven tot 1934 uitgerust met Siddeley Puma motor van 230 pk.
Nadien hebben ze nog enige jaren gevlogen met een 325 pk Pratt en Withney Wasp motor, Kalidjati, (1919-....)
[Ingesloten foto van BeeldBank NIMH. Klik op de foto voor bestel-informatie]